Terug naar overzicht
± 0 min

Huidige cijfermatige ontwikkelingen in de letselbranche

Prognose CPB 2011-2015
Opdrachtgevers vragen regelmatig om ten behoeve van kortlopende berekeningen een andere rekenrente te hanteren dan de geijkte rekenrente van 3%. In deze economisch verwarrende tijden is het echter niet eenvoudig een voorspelling te geven van de ontwikkeling van de rekenrente. Wat zal op een termijn van 5 jaar met het rendement gebeuren? En zal de inflatie verder stijgen of is er sprake van stabilisatie? Het Centraal Planbureau, verantwoordelijk voor het doorrekenen van plannen van de overheid, stelt al jarenlang prognoses op van ontwikkelingen op middellange termijn. Tot en met 2015 hanteert men momenteel een rendement van 4,5% en een inflatie van 2,0%. Dit levert dan een rekenrente op van 2,5%. In hoeverre de geprognosticeerde inflatiecijfers gerealiseerd zullen worden is een vraag, want het CBS registreert momenteel een inflatie van 2,7%. In de toekomst kijken blijft dus moeilijk. (bron: CPB)

Inflatie stijgt naar 2,7 procent
De inflatie was in september 2,7 procent. Dit is 0,1 procentpunt hoger dan in
augustus. In de afgelopen twee jaar is de inflatie geleidelijk opgelopen. De
inflatie is in september vooral toegenomen door de prijsontwikkeling van
kleding. De ontwikkeling van de benzineprijs had ook een verhogend effect op de
inflatie. De prijsontwikkeling van telefoon- en internetdiensten drukte de
inflatie juist. Om de inflatie tussen de lidstaten van de Europese Unie (EU) te kunnen vergelijken worden geharmoniseerde prijsindices (HICP) berekend. Volgens deze methode kwam de inflatie in Nederland in september uit op 3,0 procent.
Bekijk het volledige persbericht
(bron: CBS).

Rente staatsobligaties lager dan inflatie
De rente op de jongste Nederlandse tienjarige staatsobligatie bedroeg in september 2,3 procent. Daarmee was de rente op staatsobligaties voor het eerst in decennia lager dan de inflatie, die 2,7 procent bedroeg.

Inflatie en kapitaalmarktrente

In de afgelopen vijf maanden is de rente op staatsobligaties flink gedaald.
De inflatie is daarentegen geleidelijk opgelopen. De daling van de rente op
staatsobligaties gaat samen met een verhoogde nervositeit op de beurzen en met
de financieringsproblemen van veel Zuid-Europese overheden. Nederlandse
staatsobligaties worden door beleggers nu als veilige haven beschouwd.

 Cao-lonen 1,3 procent hoger
In het derde kwartaal van 2011 lagen de cao-lonen 1,3 procent hoger dan in dezelfde periode van 2010. Een kwartaal eerder was de loonstijging 1,1 procent. Hiermee is de cao-loonstijging voor het vijfde kwartaal op rij lager dan de inflatie.
Bekijk het volledige persbericht
(bron: CBS).

Cao-lonen

Rentestanden november 2011
Momenteel bedraagt de rente op spaarrekeningen als volgt:
- vrij opneembare spaarrekening maximaal 3,00%;
- 5 jaars deposito maximaal 4,25%;
- 10 jaars deposito maximaal 4,70%.
(bron: www.independer.nl)

Pensioenfondsen in de problemen
Er is een grote kans dat in Nederland de pensioenfondsen verder in de problemen komen. Door de dalende koersen op de financiële markten en de lage kapitaalmarktrente kunnen veel pensioenfondsen mogelijk niet meer aan hun toekomstige verplichtingen voldoen.

De dekkingsgraad is een belangrijke graadmeter voor de financiële toestand
van pensioenfondsen. Het geeft de verhouding aan tussen het vermogen en de
pensioenen die een pensioenfonds nu en in de toekomst moet uitbetalen. Als de
dekkingsgraad bijvoorbeeld 120% is, dan staat tegenover elke € 100 die het fonds
moet uitbetalen aan gepensioneerden, op dat moment € 120 aan vermogen.

De hoogte van de dekkingsgraad is mede in hoge mate afhankelijk van de stand
van de rente. Als de rente daalt, wat nu het geval is, betekent dit dat
bijvoorbeeld ABP meer moet reserveren om aan de verplichtingen te kunnen
voldoen. Een pensioenfonds is dus erg afhankelijk van de dagkoers van de rente,
waardoor ook de dekkingsgraad hevig kan schommelen. Zo leidt bij ABP
bijvoorbeeld een daling van de rente met 1%-punt tot een daling van de
dekkingsgraad met circa 12%-punt. In onderstaande grafiek is duidelijk zichtbaar
dat dit scenario zich in het derde kwartaal heeft voltrokken: een daling van de
kapitaalmarktrente van 3,8% naar 2,7% is één van de hoofdoorzaken van een forse
daling van de dekkingsgraad bij ABP (bron: www.homefinance.nl).

Cao-lonen

In letselschadeberekeningen hebben we vaak te maken met pensioenschade.
Hoe moet er in berekeningen dan omgegaan worden met de onzekerheid ten aanzien
van toekomstige dalingen van het pensioen?. Een voorbehoud ten aanzien van
negatieve pensioenontwikkelingen bij de afwikkeling zou een mogelijkheid zijn,
maar dat stuit vaak op praktische bezwaren. In ieder geval kan gesteld worden
dat negatieve correcties op het pensioen zich zowel met als zonder ongeval
zullen voordoen. De daling van het pensioen doet zich dus alleen voor ten
aanzien van het verschil tussen het hypothetische en het werkelijke pensioen.
Maar ook dan kunnen zich nog steeds forse effecten voordoen. Gezien de
wijzigingen die ook te verwachten zijn naar aanleiding van de ophoging van de
pensioenleeftijd naar 67, zullen bovendien meerdere veranderingen bij het
pensioen op ons afkomen. We houden de vinger aan de pols.

Kapitaalmarkrente
Als maatstaf van de kapitaalmarktrente wordt vaak naar staatsleningen gekeken. Gezien het lage debiteurenrisico (risico dat er niet betaald wordt) bij een Nederlandse
staatslening, geldt dit tarief vaak als een soort basistarief. Andere leningen
met hogere risico's kennen dan een renteopslag voor dat hogere risico, waarbij
geldt dat de opslag hoger wordt, naarmate het debiteurenrisico hoger wordt.
Bovendien geldt normaal gesproken dat de rente hoger wordt bij een langere
looptijd. Ook bij hypotheken en consumptieve leningen is de kapitaalmarktrente
belangrijk. Bij leningen met een langere renteperiode, bewegen de hypotheekrente
en de leenrente vaak mee met de kapitaalmarktrente.

Historische kapitaalmarktrente en de rente-ontwikkeling

Bron: Het Rekenbureau